Ik ben blij dat ik een jaar geleden niet wist dat Moos vandaag de dag nog steeds voor slaaptekort zou zorgen. Een jaar geleden fantaseerden we ongetwijfeld over kerst 2018. Hoe we dan elke dag uitgerust op zouden staan en ons daardoor altijd heel gezellig zouden voelen enzo.
In plaats daarvan was ik laatst op mijn vingers aan het tellen hoe lang ik eigenlijk al geen acht uur per nacht maak. Gezien mijn lijf de gezellige gewoonte heeft om doorslapen er aan het begin van de zwangerschap al uit te gooien, kwam ik uit op zo’n twee jaar. Daar kunnen we dan zo’n 10 nachten vanaf trekken dat ik een nachtje weg was en zo’n 10 dat Moos vergat om voor zessen op te staan. Wellicht waren dat er wel 20, maar als hij er niet voor zessen was, was hij er meestal wel voor vieren en als Moos het niet was, was het Juul wel die haar speen niet kon vinden/in haar bed had geplast/of dacht een uil in haar kamer te hebben. Die twee wisselen elkaar heel knap af.
Ik weet dat we niet écht mogen klagen. Een zoon die meestal om half 5 wakker wordt, als dat het is… Ik heb me in een wallenbui ooit aangemeld voor de Facebookgroep Nachtouders. Als ik de mensen daar mag geloven mogen we ons in onze handjes knijpen met onze Moos. Dus op dagen dat slaapgebrek ineens niet meer went en we heel hard zeggen ‘KAN HIJ NOU NOOIT EENS OP EEN NORMALE TIJD WAKKER WORDEN?!’, lees ik expres een paar stukjes voor van andere ouders die nog veel zieliger zijn en dan voelen wij ons ineens best weer een beetje oké. Nou ja, ik vooral. Renze voelt zich nooit oké voor zessen.
Ooit slaapt lieve Moos een gat in de dag, dat zegt iedereen, dus dan zal het wel zo zijn. En tot die tijd is het wachten tot hij alleen de trap af kan, de tv aan kan zetten en een lekker boterhammetje voor zichzelf smeert. Ik noem dat nu al onze gloriejaren.